donderdag 19 mei 2011

Ga nooit naar kamer nummer 13!

Karin keek omhoog naar de berg. De zon scheen in haar ogen. Ze blokkeerde de zon door haar hand aan de zijkant van haar hoofd te leggen. Ze was op vakantie in Frankrijk en zou in hotel de Zonnegloed slapen. Dit was de eerste vakantie zonder haar ouders. Ze liep de houten trap op en toen ze na een vermoeiende wandeling bij de deur kwam, belde ze aan. Een oude man deed open: "kom binnen", zei hij met een lage stem.
Ze zat in de serre. Ik ben de hotelmanager zei de man die de deur had open gedaan. Karin keek om zich heen en zag een gast een krant lezen. Ze zag boven de krant een beetje pluizig haar uitkomen. Zijn gezicht kon ze niet zien. De hotelmanager heeft inmiddels een formulier gepakt en geeft deze aan Karin. Ook pakt hij een ouderwetse veer uit het potje inkt wat op de balie staat en geeft deze ook aan haar. Ze pakt de pen aan en begint te schrijven. Er komt een donkerrode vloeistof uit, maar Karin let hier niet op en begint het formulier in te vullen. 
Bij haar kamer aangekomen opent de manager haar deur. Karin wil naar binnen lopen, maar hij houd haar tegen. Ze schrikt. Maar de manager kijkt haar vriendelijk aan en zegt: "wat je ook doet ga nooit naar kamer nummer 13". Karin schud haar hoofd en hij laat haar erdoor.
Die nacht word Karin wakker. Ze heeft net een nachtmerrie gehad met allemaal duistere schimmen erin. Ze loopt naar de douche en neemt een glas water. De woorden van de manager spoken door haar hoofd. Nooit naar kamer nummer 13. Pff ik ga gewoon even gauw kijken en ren dan snel weg. 
13 gaf het nummer op de deur aan. Hij stond op een kier en ze besloot naar binnen te gaan. Ze keek om zich heen en zag in de hoek wat weg schieten. Ze schrok, een rat die haatte ze. Ze zag een kast en keek er in. Haar ogen sprongen open en ze zag 4 harten op sterk water staan. Ze deinsde achteruit en stootte tegen iets zachts. Toen ze achter zich keek zag ze 4 lijken hangen met een bebloede buik. Allemaal meisjes van haar leeftijd. Ze rende de kamer uit maar in de deuropening stond een schim. Het was de man die die middag in de serre zat. Ze zag zijn pluizige haar en toen ze iets naar beneden keek zag ze dat hij een mes bij had . Hij lachte hard en ze wou terug de kamer inrennen, maar daar stond de manager met een enorme bijl in zijn hand. Hij zei met zware stem: Ik heb nog zo gezegd ga nooit naar kamer nummer 13. Hij lachte hard. Er is nooit meer iets van haar vernomen.
Een weekje later staat er een meisje met haar koffers voor hotel zonnegloed. Dit was de eerste vakantie zonder haar ouders. Meteen ook haar laatste!

1 opmerking: